“Terugkijkend zie ik beduidend meer groen, is de infrastructuur op orde en het gemeentelijk apparaat beter voor taken en controles ingericht. Plezierig was het samenspel van het college van Burgemeester & Wethouders met de raadsleden. Vanuit verschillende verantwoordelijkheden werkten we aan goede keuzes en het creëren van passend beleid voor onze gemeente. Dat is een compliment aan onze bestuurders en raadsleden.”
“Het klinkt wat clichématig, maar we hebben de afgelopen jaren in mijn portefeuille een flink aantal beleidszaken goed afgerond of zo op de rit gezet dat deze nu uitgevoerd kunnen worden,” zegt Rien Nagtegaal (64). “Ik denk daarbij aan het groenbeleid, mobiliteitsvraagstukken en de infrastructuur. Daarnaast had ik in mijn portefeuille ook Personeel & Organisatie. Het gemeentelijk apparaat is verjongd en noodzakelijke deskundigheid is ingevuld. Een procesgang die nog niet geheel afgerond is, want ook de mobiliteit binnen gemeentelijke organisaties blijft groot. Maar ons gemeentelijk apparaat is klaar voor zijn taken en mijns inziens toekomstbestendig. Bij steeds meer zaken die op lokaal niveau voorbereid en uitgevoerd worden, is dat van groot belang.”
“Ik hecht grote waarde aan democratie. Het is verreweg de best denkbare bestuurlijke invulling in een gemeenschap. Dat vergt ruimte voor debat, het inbrengen van argumenten en het accepteren van besluitvorming; ook indien dat niet honderd procent jouw opvatting is. Vandaar dat ik, toen ik gevraagd werd, mijn steentje wilde bijdragen.”
“Door onder andere sociale media verengt het debat zich soms in een korte tweet tot een persoonlijk gelijk willen krijgen. Daarbij wil ik graag met de burger in gesprek, het toelichten en vooral argumentatie uitwisselen. Daarna volgt de uiteindelijke besluitvorming.”
Constructief
Voordat ik als wethouder gevraagd ben, werkte ik de laatste tien jaar als directeur stedelijke ontwikkeling binnen de gemeente Leiden. Vandaar dat ik graag eens vanuit de bestuurlijke kant aantrad. Uiteraard binnen het democratisch spel en in de juiste verhouding met de gemeenteraad. Dat desalniettemin afgewogen besluitvorming soms individuele burgers teleurstelt, kan ik me voorstellen. Zeker bij een portefeuille die de meeste mensen vrijwel direct raakt: inrichting openbare ruimte, het groenbeleid, het mobiliteitsvraagstuk, parkeren en lokale infrastructuur. Daarbij was het in gesprek gaan met mensen de afgelopen jaren door corona uiterst lastig.”
“De discussie met de raad ervoer ik als constructief en opbouwend. Een compliment aan de raadsleden van alle fracties. Daaraan vooraf hadden we het overleg in het college: Een breed samengestelde coalitie waarin de samenwerking fijn en constructief was. Ik vond dit overleg op de dinsdagochtend constructief, zeer plezierig en er was veel humor.”
“Ik ben niet zo van het opsommen van allerlei positieve ontwikkelingen uit de afgelopen vier jaar. Als ik echter op mijn fietsje naar het gemeentehuis rijd en zie dat de omgeving veel groener geworden is en ik de kruiden ruik in bermstroken, ben ik wel tevreden. Dat heb ik ook bij de constatering dat er extra geld kwam voor herstel en onderhoud van straten en wegen, de aanleg van fietspad Vlaggeduin en de renovatie van de Koningin Julianabrug. Ik hoop trouwens op een vergroening van onze openbare ruimte door burgers die hun eigen tuin groener maken: stenen eruit groen erin.”
CV
“Steeds meer taken van het rijk zijn overgeheveld naar gemeenten. Daar moet je als gemeentebestuur op voorbereid zijn. Anderzijds initieert de overheid ontwikkelingen waar je als wethouder door dorpsgenoten op aangesproken wordt zodra het misgaat. Het gebruik van beaumix bij werkzaamheden aan de Tjalmalaan is daar een voorbeeld van. Terecht dat burgers vragen om actie, ondanks dat je er niet direct overgaat. Uiteindelijk hebben wij bij het Rijk voor elkaar gekregen dat er onderzocht wordt of de normen voor dit materiaal wel goed zijn. Daarnaast zijn we samen met een aantal partijen aan het bekijken hoe wij de komende jaren de situatie ter plekke gaan monitoren.”
“Gemeentebelangen had slechte verkiezingen. Ik kom dus niet als wethouder of gemeenteraadslid terug. Ik had nog graag in de raad gezeten. Jammer dus. Maar gelukkig heb je dat niet zelf voor het zeggen. Ik vind werken leuk, dus ik ga na een korte vakantie goed kijken wat ik de komende paar jaar nog kan en mag doen.”
College met rechts scheidend wethouder Rien Nagtegaal